Maar die groene oase heb je nooit voor jou alleen. Ook vogels, bijen, vlinders en allerlei andere insecten en kleine diertjes genieten maar al te graag van jouw natuurlijke oase vol eet- en schuilplekjes. Er zijn helaas ook diertjes waar je voor moet opletten. Eén hiervan is de teek. Misschien heb je deze nog nooit gezien in je tuin, maar onderzoek laat ons zien dat we 45% van de tekenbeten oplopen in eigen tuin. Met enkele simpele ingrepen zorg je nog steeds voor meer natuur, maar beperk je toch de aantrekkelijkheid voor teken in je tuin.
Start eerst met je tuin eens grondig onder de loep te nemen: Grenst je tuin aan een groen-, natuur-, park- of bosgebied dan zijn maatregelen om teken te weren in je tuin aangewezen. Kijk ook eens naar de plekken in je tuin die je het meeste gebruikt.
Ook jouw eigen huisdieren in de tuin kunnen teken naar je toe brengen. Voorkom dus teken bij je huisdier door:
- in het tekenseizoen elke dag je huisdieren te controleren op teken.
- teken steeds te verwijderen op een correcte manier en in één beweging met een geschikte tekenverwijderaar.
- in het tekenseizoen preventief je hond of kat te behandelen tegen teken. Dit kan gecombineerd worden met vlooienpreventie.
Ondanks deze maatregelen kan het toch nog gebeuren dat je een tekenbeet oploopt in eigen tuin. Daarom blijft het belangrijk om te controleren op tekenbeten nadat je in je tuin gewerkt of gespeeld hebt. Controleer jezelf, je kinderen en huisdieren iedere dag. Heb je een tekenbeet, verwijder deze dan correct. Krijg je een rode kring rond de plaats van de beet of ontwikkel je (griepachtige) symptomen in combinatie met spier- en/of gewrichtspijn binnen een maand na de beet, ga dan bij je huisarts langs. Meer info vind je op www.tekenbeten.be.